donderdag 19 januari 2017

Kamerplant

Rond deze tijd van het jaar klinkt geregeld de reclameslogan; ‘Kerstboom eruit, kamerplant erin’. Ik kan er niets aan doen, maar ik word daar zo droevig van. Niet vanwege de kerstboom, maar om die kamerplant. Want ik mag dan graag in mijn moestuin zijn, eigenlijk heb ik geen groene vingers.

Ik kan oprecht jaloers zijn op mensen die hun huis omtoveren tot een groene oase. Mij lukt het niet! Tot nu toe heb ik iedere plant in ons huis vakkundig verzopen of juist door uitdroging tot de Kliko veroordeeld. Buiten gaat het me beter af, mijn rozen en hortensia’s doen het best aardig in mijn achtertuin. En een broccoli of winterwortel? Ach, die maakt het niets uit of ik ze een scheutje water teveel of te weinig geef. Terwijl het niet zo moeilijk zou moeten zijn. Gewoon iedere week een beetje water geven, kind kan de was doen. Maar ik heb het opgegeven. Sterker nog, de laatste kerstboom die ik kocht, zag de bui al hangen en liet nog vóór binnenkomst van schrik al zijn naalden op de deurmat vallen. Dus ben ik gezwicht voor een kunstexemplaar. En omdat we in de kerstvakantie gingen verbouwen is die zelfs niet van zolder gekomen.

Toen ik mezelf tijdens die verbouwing,- voor de zoveelste keer in één week-, naar de bouwmarkt sleepte ging mijn dochter even mee. Zij belandde op de tuinafdeling en kwam dolgelukkig met een witte Anturium aanzetten. Zij kocht hem van haar zakgeld en verzorgt het plantje trouw op haar kamer.

Onze benedenverdieping is inmiddels zo mooi geworden als ik hoopte. En toch... Het voelt nog wat aan de kale kant. Misschien rij ik straks nog één keer richting de bouwmarkt. Want als mijn dochter het kan, dan moet het mij toch ook een keer lukken? Zal ik het anders eerst eens proberen met een rij winterwortelen op mijn vensterbank?  

woensdag 7 december 2016

Alles heeft een ritme

Het seizoen is voorbij. De tuin is leeg. Op een koude zondagmiddag ga ik er toch nog even kijken. De grond onder mijn voeten is bevroren en de natuur houdt haar winterslaap. Het voelt vreemd om hier te zijn, terwijl er niets meer te doen is. Alles is weg, op één stronkje boerenkool na. Het staat er dapper de kou te trotseren. Ik kan het niet over mijn hart verkrijgen om het op de composthoop te gooien en laat het staan.

Melancholisch slenter ik over het terrein en duik wat dieper in mijn warme winterjas. Is het echt maar een paar maanden geleden dat ik hier druk aan het schoffelen was? Dat de tuin snakte naar gieters water vanwege de warmte? Zo actief als ik toen in de weer was, zo laag is mijn energieniveau nu. In mijn hoofd klinkt steeds hetzelfde deuntje van Frizzle Sizzle, de meidengroep die ooit meedeed aan het Songfestival; “Alles heeft een ritme. Neem de tijd voor alle dingen. Leef je eigen ritme”.


De natuur heeft het wat dat betreft goed geregeld, ieder seizoen kent een ander ritme. In de winter is er tijd voor verstilling. Vogels fluiten niet, planten zitten diep verstopt onder de grond en maken zich op voor de komende lente. Er hoeft niet zoveel. Misschien moet ik een voorbeeld nemen aan de natuur. Ik zeg de tuin voorlopig gedag. Het is goed zo. Eenmaal thuis kruip ik lekker lui op de bank. Warme chocomelk erbij en dan het filmpje van die dansende meidengroep terugkijken. Meebewegen met het seizoen, klinkt best goed. Want alles heeft een ritme!

woensdag 16 november 2016

Rotte kool

Beste meneer of mevrouw, heeft onze witte kool u goed gesmaakt? Ik ken u niet, maar ik zou graag even met u praten. Niet omdat ik boos ben, maar eerder nieuwsgierig naar uw beweegredenen. U moet namelijk weten, groot was onze verrassing toen bleek dat er proletarisch gewinkeld is in onze moestuin. Proletarisch winkelen. Dat klinkt zo gezellig, maar eigenlijk betekent het natuurlijk gewoon diefstal.

En waarom steelt iemand een kool, vraag ik me af. Het is niet bepaald de diva onder de groenten. Eerder een wat saai geval. Was het soms de spanning om iets mee te nemen wat niet van u is? Of heeft u een onbedwingbare voorliefde voor koolsoorten, waardoor u zichzelf simpelweg niet in bedwang kon houden? Hoe dan ook, het moet nog een flinke klus geweest zijn om die kool los te krijgen van zijn steel en onder uw jas verstopt mee naar huis te nemen.


Wist u dat wij er drie maanden over gedaan hebben om de koolplanten groot te brengen? Het waren echte zorgenkindjes, die continue geplaagd werden door slakken. Onze kinderen hebben zelfs kruiwagens vol schelpen rondom de stelen gestrooid, maar daar hadden die slijmbeesten maling aan. Iedere week visten we de slakken eruit en gaven ze vliegles. Uiteindelijk hebben we gaas over de planten heen gespannen. En het net extra strak vastgezet, maar dat heeft u vast wel gemerkt.

Misschien dat u met deze wetenschap, met terugwerkende kracht, nog meer nageniet van de maaltijd? Trouwens, ik ben wel nieuwsgierig wat u er van gemaakt heeft. Is onze kool beland in een smakelijke ovenschotel? Of als stamppotje met een lekkere rookworst? U heeft er toch wel uw best opgedaan?! Want de wetenschap dat onze kool uiteindelijk ergens in een greppel ligt te rotten, is niet te verdragen. Mocht u overigens nog eens op bezoek willen komen, bespaar uzelf de moeite. Onze tuin is nu leeg en bijna winterklaar. Maar volgend jaar? Vraag het ons gewoon en dan planten wij graag een extra kool, speciaal voor u.

zondag 23 oktober 2016

Verdraaid lekker

Ik dacht eerst dat ik iets fout deed. Mijn komkommers groeiden krom, de aardbeien hadden vreemde pukkels en sommige wortels hadden veel weg van een Siamese tweeling. Er groeiden afgelopen zomer nogal wat misvormde groenten in mijn moestuin. Totaal anders dan in de supermarkt waar alle groenten, gelijk van vorm en fris blozend, ons in de schappen tegemoet straalt. Nee, dan waren die van mij wel wat sneu en mislukt. Tenminste, dat dacht ik, totdat ik ze aan mijn vork prikte. Ze smaakten prima! En niet alleen omdat ik die buitenbeentjes allemaal zelf had groot gebracht. Sterker nog, mijn hartvormige tomaten waren zelfs lekkerder dan de waterige exemplaren uit de winkel. Na een seizoen ploeteren in de moestuin snap ik pas de charme van hun lelijkheid en nu wil ik eigenlijk niet anders meer.

innig worteltje
Eigenlijk is het toch absurd dat supermarkten alleen de perfecte exemplaren verkopen. En er daardoor dus enorme hoeveelheden groenten en fruit zomaar worden weggegooid. Alleen omdat het er niet uitziet zoals wij gewend zijn. In Frankrijk en België worden al langer groteske paprika’s, tweebenige wortels en andere misbaksels verkocht. En zo langzaamaan doen Nederlandse supermarkten hier gelukkig ook aan mee.

tweebenig worteltje

Ik zet komende weken nog met trots mijn Quasimodo’s op tafel. In de wintermaanden, wanneer mijn tuintje leeg is, dan denk ik met weemoed terug aan die rare snuiters. En ga ik in de supermarkt een greep doen in de bak met buitenbeentjes. Ik zou zeggen, probeer het ook eens. Ze zijn verdraaid lekker!

woensdag 5 oktober 2016

Als een kind zo blij...

Je kent ze wel, van die dagen. Gehaast naar school, snel naar de sportclub, tussendoor nog even koken en o, bijna vergeten, een vergadering vanavond. Bij ons thuis… Ja, van die dagen dus.
Dan verlang ik naar de zaterdagochtend. Naar even lekker rommelen in de moestuin. Want daar, met mijn handen in de klei komt mijn hoofd tot rust. En dat geldt niet alleen voor mij. Ook voor kinderen is de tuin een heerlijke plek. Mijn dochter heeft op zaterdag zelfs als eerste haar laarzen aan, klaar om te gaan. En ook de kinderen van mijn moestuin-vriendinnen gaan iedere week graag mee. Ik vind het een heerlijk gezicht, onze stadse kinderen die loom over het terrein rondbanjeren of juist druk in de weer zijn met kruiwagens, emmers en gieters. Wroeten in de aarde en gewoon lekker vies worden. Halverwege de ochtend gaan ze even bij het pasgeboren kalfje kijken. En als we klaar zijn in de tuin, dan drinken we nog wat aan de picknicktafel en verdelen de buit.

In het voorjaar was er nog niet zoveel te beleven, begin april was de grond nog kaal en de winterjas nog nodig. Maar al snel verscheen er volop leven in de tuin en kregen de kinderen er steeds meer plezier in. Want het bleek ontzettend leuk om met stokken een wigwam voor de bonen te maken. Om zelf je eigen worteltjes uit de grond te trekken. Mais ter plekke van de kolf af te bijten of om aardbeien te plukken en er stiekem één te snoepen, of twee, of drie. En zo helpen ze ons iedere week en willen zelfs volgend jaar een eigen tuintje.


Het voelt goed, het idee dat onze kinderen echt buitenspelen. En dat ze iets meekrijgen van het groeiproces van groenten die anders als vanzelfsprekend ieder avond op je bord belanden. Maar het is vooral een heerlijke bezigheid en een ontspannen begin van het weekend. Voor ons allemaal heel mindfull. En toch. Er is één puntje van aandacht.

Hoe houden we dat gevoel vast voor de rest van het weekend? Want eenmaal thuis, dan moet snel geluncht, nog nieuwe gymkleren gekocht, want ineens overal uitgegroeid. Is er een kinderverjaardag, moet er nog een band geplakt en o, bijna vergeten, er moet ook nog…
Zucht. Zaterdagmiddag, dan verlangen we alweer naar de tuin.